Op Oudjaarsavond 2016 schoot de man vanuit het dakraam van zijn woning een familielid van zijn buurvrouw met een luchtdrukbuks in zijn borst. Het slachtoffer raakte daarbij gewond. De rechtbank heeft niet kunnen vaststellen wat de aanleiding is geweest voor het schieten.

De rechtbank spreekt de man vrij van de primair tenlastegelegde poging tot doodslag. Alhoewel de rechtbank wettig en overtuigend bewezen acht dat de man met een luchtbuks op het slachtoffer heeft geschoten, is de rechtbank er niet van overtuigd dat de man de intentie had om het slachtoffer van het leven te beroven. Ook is de rechtbank er niet van overtuigd dat de man de kans op het intreden van de dood van het slachtoffer op de koop toe nam.

Volgens de rechtbank is wel sprake van zware mishandeling. De kogel is in het lichaam van het slachtoffer blijven steken en kan niet worden verwijderd zonder het toebrengen van verdere schade aan het slachtoffer. Er is een blijvende kans op infectie op de plek waar de kogel zit en het slachtoffer heeft een blijvend litteken. Volgens de rechtbank is er daarom sprake van zwaar lichamelijk letsel.

De rechtbank neemt bij het bepalen van de straf in aanmerking dat wat een vrolijke jaarwisseling had moeten zijn, voor het slachtoffer het begin is geweest van een lang herstelproces. Het slachtoffer heeft de nodige lichamelijke en psychische klachten ervaren en ervaart deze nog steeds. Het slachtoffer maakte in zijn schriftelijke verklaring duidelijk hoe groot de impact van het voorval op hem is geweest en nog steeds is, zowel op zijn privé- als op zijn werkzame leven.

De straf die de rechtbank oplegt is gelijk aan de eis van de officier van justitie.

Tot slot moet de man een schadevergoeding betalen aan het slachtoffer van 7 duizend euro aan immateriële schade en bijna 700 euro aan materiële schade.