Vanwege de detentie in Irak kon de man in Nederland niet bij zijn berechting van de mensensmokkel aanwezig zijn. Daarom stelden het Openbaar Ministerie (OM) en de advocaat van de man procesafspraken op. Met het maken van procesafspraken kan de zaak efficiënt worden afgedaan en wordt een hoger beroep voorkomen. In deze procesafspraken kwamen het OM en de advocaat met elkaar overeen dat de man voor de mensensmokkel veroordeeld zou worden en dat hij hiervoor een voorwaardelijke gevangenisstraf van 24 maanden en een proeftijd van 5 jaar zou krijgen. De man liet weten het daarmee eens te zijn. Daarom legt de rechtbank deze straf ook aan de man op, uitgezonderd de duur van de proeftijd. Omdat niet voldaan is aan de wettelijke vereisten voor een proeftijd langer dan 3 jaar, stelt de rechtbank de proeftijd vast op 3 jaar.