De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van 12 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk voor de 49-jarige man. Hij zou daarnaast geen contact mogen opnemen met de slachtoffers en niet bij de meubelzaak mogen komen.
De rechtbank komt tot een andere bewezenverklaring en houdt rekening met de persoonlijke omstandigheden van de man. De rechtbank acht een onvoorwaardelijke gevangenisstraf gelijk aan het voorarrest (62 dagen) en een taakstraf van 60 uur passend. De man hoeft niet terug naar de gevangenis hoeft, omdat de tijd doorgebracht in voorarrest van de gevangenisstraf wordt afgetrokken. De rechtbank ziet in het advies van de reclassering reden om geen deels voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen. Daarom legt de rechtbank ook geen bijzondere voorwaarden in de vorm van een contactverbod met de slachtoffers of een locatieverbod op.