De rechtbank veroordeelt de man tot een gevangenisstraf van 180 dagen, waarvan 175 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaren en met aftrek van het voorarrest. Daarnaast legt de rechtbank de maximale taakstraf van 240 uren op.
De rechtbank realiseert dat geen enkele straf het verdriet bij de nabestaanden kan wegnemen. De rechtbank vindt - kijkend naar de verstrekkende gevolgen die de klap heeft gehad - een gevangenisstraf passend. Het ging echter feitelijk gezien om één vuistslag. De rechtbank weegt ook mee dat de man nooit eerder is veroordeeld en het direct na de klap wilde uitpraten met het slachtoffer, nog voordat hij wist hoe ernstig de gevolgen zouden zijn. Hij probeerde de volgende ochtend ook het slachtoffer te bellen. Toen de man later die dag hoorde dat er een traumahelikopter naar het adres van het slachtoffer ging, meldde hij zich direct bij de politie en vertelde dat hij het slachtoffer had geslagen. Ook probeerde de man in contact te komen met de nabestaanden.