De man maakte zich tussen juli 2009 en augustus 2014 schuldig aan het plegen van ontuchtige handelingen bij 3 nichtjes. 

De rechtbank vindt dat de man grensoverschrijdend heeft gehandeld. Door zijn handelen tastte hij de lichamelijke en geestelijke integriteit van de slachtoffers ernstig aan. Voor deze misdrijven was sprake van een hechte familieband. Van deze band maakte de man groot misbruik.

De reclassering schat de kans op herhaling in als laag en vindt verder toezicht of ingrijpen niet nodig. De rechtbank neemt dit advies over. Daarnaast houdt de rechtbank bij de strafbepaling - meer dan de officier van justitie - rekening met de omstandigheid dat de man zich op eigen initiatief voor langere tijd heeft laten en nog steeds laat behandelen. Verder houdt de rechtbank rekening met het tijdsverloop. Er zit veel tijd tussen het gereedkomen van het strafdossier en de behandeling op zitting. Ook vindt de rechtbank een kortere periode met minder handelingen bewezen dan waar de officier van justitie van uit is gegaan.

De rechtbank legt een taakstraf op aan de man. Dat is wel de maximale taakstraf om te benadrukken hoe ernstig zij de strafbare feiten vindt. Als de taakstraf niet goed wordt verricht, wordt deze vervangen door 120 dagen hechtenis. Daarnaast legt de rechtbank aan de man een gevangenisstraf op voor de duur van 365 dagen, waarvan 364 dagen voorwaardelijk. Voor het voorwaardelijke strafdeel geldt een proeftijd van 2 jaar. Mocht de man tijdens de proeftijd in de fout gaan, dan moet hij de voorwaardelijke gevangenisstraf alsnog uitzitten.