De man verklaarde uit noodweer te handelen. Volgens de rechtbank – en ook de officier van justitie en de advocaat – is het aannemelijk geworden dat het incident is gegaan zoals door de man is verklaard. De man mocht zich volgens de rechtbank verdedigen, omdat hij door het slachtoffer onheus werd bejegend. Het door de man toegepaste geweld is binnen de grenzen van subsidiariteit en proportionaliteit gebleven. De man komt daarom een beroep op noodweer toe.