De man had over een lange tijd kinder- en dierenpornografische afbeeldingen in zijn bezit. Daarnaast maakte de man in die periode ook foto's van twee buurmeisjes en zijn stiefkleindochter die de rechtbank als kinderpornografisch aanmerkt. De foto's waren steeds stiekem gemaakt en de meisjes op de foto's waren naakt of slechts schaars gekleed. Van sommige afbeeldingen maakte de man uitsneden.
De rechtbank oordeelt dat de man van het bezit van de kinder- en dierenpornografische afbeeldingen en van het vervaardigen van de kinderpornografische afbeeldingen een gewoonte heeft gemaakt. Het is een feit van algemene bekendheid dat kinderen bij het maken van kinderpornografisch materiaal seksueel worden misbruikt en geëxploiteerd. Ook lopen deze kinderen aanzienlijke psychische schade op die vele jaren later nog diepe sporen achterlaat.
Volgens de deskundigen lijdt de man aan een ziekelijke stoornis en is de man enigszins verminderd toerekeningsvatbaar. De rechtbank houdt hier bij het opleggen van de straf rekening mee.