De rechtbank vindt deze feiten zeer kwalijk. Bij het bepalen van de straf houdt de rechtbank rekening met het strafblad van de man. Hij is eerder veroordeeld voor verkeersdelicten. Toch legt de rechtbank een lagere straf op dan door de officier van justitie geëist, omdat de rechtbank tot een andere bewezenverklaring komt. Aan het voorwaardelijke deel van de straf verbindt de rechtbank een proeftijd van 3 jaar.
Omdat de man deze strafbare feiten tijdens een eerder opgelegde proeftijd pleegde, moet hij een eerder opgelegde taakstraf van 25 uur alsnog uitvoeren en krijgt hij alsnog een ontzegging van de rijbevoegdheid van 9 maanden.