Laden...

Man vrijgesproken van veroorzaken fataal verkeersongeluk in Dreumel

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Gelderland > Nieuws > Man vrijgesproken van veroorzaken fataal verkeersongeluk in Dreumel
Arnhem, 27 augustus 2025

De rechtbank veroordeelt een 50-jarige man voor gevaarlijk rijgedrag op een weg in Dreumel. De man krijgt een taakstraf van 60 uur. Ondanks dat de man harder heeft gereden dan ter plaatse was toegestaan, kan de rechtbank niet vaststellen dat het verkeersongeval door die snelheidsovertreding is veroorzaakt. Het ongeluk dat plaatsvond kan dan ook niet aan de man worden toegerekend, zodat de rechtbank hem vrijspreekt van de verdenking dood door schuld.

Op 15 mei 2024 vond bij een oversteekplaats in Dreumel een verkeersongeval plaats waarbij de man als bestuurder van een auto op een 18-jarige scooterrijder botste. Als gevolg van dit ongeval overleed het slachtoffer.

Tijdelijke verkeersmaatregelen

Op de plaats van het verkeersongeluk waren vanwege wegwerkzaamheden tijdelijke verkeersmaatregelen van kracht. Op ongeveer 50 meter voor de locatie waar het ongeluk plaatsvond, stond een verkeersbord dat aangaf dat er een tijdelijke wegversmalling was over 200 meter. Verder was de maximumsnelheid 50 kilometer per uur in plaats van 80 kilometer per uur.  Dit was aangegeven door middel van een verkeersbord dat zich bevond op ongeveer drie meter vóór de plaats van het ongeval. Boven dat bord was een verkeersbord bevestigd dat aangeeft: 'Pas op, werkzaamheden'. Het verplichte (brom)fietspad rechts van de rijbaan was bestemd voor (brom)fietsers in beide richtingen. Op de oversteekplaats waar het ongeval plaatsvond, moesten (brom)fietsers weer oversteken.

De weg die het slachtoffer moest oversteken was een voorrangsweg. Bij de oversteekplaats was dit aangegeven door middel van een verkeersbord en haaientanden op het wegdek. De man reed 90 kilometer per uur en overtrad daarmee de maximumsnelheid van 50 kilometer per uur. 


Eis officier van justitie

Aan de man is ten laste gelegd dat hij artikel 6 van de Wegenverkeerswet heeft overtreden. Als iemand zich hieraan schuldig maakt, is diegene strafbaar wanneer door zijn schuld een ongeluk wordt veroorzaakt waardoor iemand overlijdt of (zwaar) letsel oploopt.

Volgens de officier van justitie gedroeg de man zich aanmerkelijk onvoorzichtig in het verkeer en was het verkeersongeval en de dood van de slachtoffers aan de man zijn schuld te wijten. De officier van justitie eiste een taakstraf van 180 uren en een rijontzegging van één jaar, waarvan 6 maanden voorwaardelijk.

Essentiële informatie ontbreekt

In het dossier zit geen zogenaamde vermijdbaarheidsanalyse, waarin wordt berekend in hoeverre het verkeersongeval dat zich heeft voorgedaan te vermijden was geweest als de man zich had gehouden aan de geldende maximum snelheid. Het dossier bevat verder onvoldoende aanknopingspunten om vast te kunnen stellen dat wanneer de man zich aan de maximumsnelheid had gehouden - of zijn snelheid eerder zou hebben geminderd - het ongeval niet zou hebben plaatsgevonden. Daarvoor ontbreekt essentiële informatie, zoals de afstand tussen het voertuig en de scooter van het slachtoffer op het moment dat het slachtoffer bij de haaientanden was aangekomen. De rechtbank kan daarom ook niet vaststellen of het slachtoffer toen hij bij de haaientanden stond - met het oog op de daar geldende maximumsnelheden - een weloverwogen oversteekbeslissing heeft gemaakt. Een complicerende factor hierbij is bovendien dat de maximumsnelheid van 50 kilometer per uur pas gold vanaf ongeveer drie meter voor de plaats van het verkeersongeval. Daarvoor mocht de man 80 kilometer per uur rijden.

De rechtbank komt tot het oordeel dat - ondanks het feit dat de man harder heeft gereden dan ter plaatse was toegestaan - geen causaal verband tussen het gedrag van de man en het verkeersongeval kan worden vastgesteld. Met andere woorden, de rechtbank kan niet vaststellen dat door de snelheidsovertreding het verkeersongeval in redelijkheid aan de man is toe te rekenen. Aan beantwoording van de vraag over het schuldverwijt ten aanzien van het ongeval zelf, komt de rechtbank niet meer toe.

De rechtbank spreekt de man vrij van overtreding van dood door schuld (artikel 6 van de Wegenverkeerswet).

Veroordeling voor gevaarlijk rijgedrag

De man wordt wel veroordeeld voor gevaarlijk rijgedrag door de snelheidsovertreding van 40 kilometer bij de voor hem bekende tijdelijke verkeersmaatregelen. 

Taakstraf

De rechtbank legt aan de man een taakstraf van 60 uur op. Dat is een lagere straf dan door de officier van justitie geëist, omdat de man wordt vrijgesproken van overtreding van artikel 6 van de Wegenverkeerswet (een misdrijf), waarop veel hogere straffen staan dan het overtreden van artikel 5 van de Wegenverkeerswet (een overtreding).

De rechtbank realiseert zich dat geen enkele straf recht zal doen aan het gemis dat de nabestaanden van het slachtoffer hun leven lang nog zullen ervaren.

De rechtbank houdt bij de strafbepaling rekening met de persoonlijke omstandigheden van de man, waaronder zijn blanco strafblad en wat er in soortgelijke gevallen aan straffen wordt opgelegd. Hiermee rekening houdend ziet de rechtbank ook geen aanleiding voor een rijontzegging.

Schadevergoeding

Tot slot moet de man aan de moeder en vader van het slachtoffer allebei een schadevergoeding betalen van bijna 27 duizend euro (uitvaartkosten en smartengeld) en aan de broer van het slachtoffer een smartengeldvergoeding van 17,5 duizend euro.

Uitspraken