De man verklaarde dat hij zich niets kan herinneren en dat hij wakker werd naast zijn dode vriendin. De advocaat van de man voerde aan dat de man niet met opzet zijn vriendin om het leven bracht, omdat hij handelde onder invloed van een slaapstoornis.
De rechtbank gaat hier niet in mee, gelet op de bewijsmiddelen. Hieruit blijkt dat man die nacht niet sliep. Daar komt bij dat 4 slaapdeskundigen op zitting verklaarden dat het onaannemelijk is dat de man handelde onder invloed van een slaapstoornis, gezien zijn cocaïne- en oxazepamgebruik van de dag ervoor.