De oplichtingen en het witwassen vonden plaats op 3 augustus 2020. De slachtoffers werden via WhatsApp benaderd door iemand die zich voordeed als een bekende van hen. Deze persoon gaf aan (met spoed) een aantal rekeningen te moeten betalen. De slachtoffers schreven deze bedragen over naar een rekeningnummer, dat van de man uit Enschede bleek te zijn. De man had zijn pinpas, pincode en inloggegevens van de bank afgegeven aan iemand die hij nauwelijks kende. Hiermee werd zijn bankrekening misbruikt om daarop door de slachtoffers geldbedragen te laten storten, die de dader(s) vervolgens van de rekening opnamen. 

De man verklaarde dat hij zijn pinpas en gegevens had afgegeven uit behulpzaamheid. Die verklaring vindt de militaire kamer niet aannemelijk. Zijn verhaal vindt op geen enkele manier steun in de rest van het dossier. Daaruit komt namelijk het beeld naar voren dat het niet anders kan dan dat de man uit Enschede wist wat er met zijn rekening gebeurde. Dit blijkt uit de vele handelingen die hij in de internetbankieren-app van zijn bank verrichtte voor, tijdens en kort nadat de bedragen op zijn rekening waren gestort.

Tot slot moet de man de financiële schade aan de slachtoffers vergoeden. Het gaat hierbij om een bedrag van in totaal ongeveer 4.500 euro.