Laden...

Militairen vrijgesproken van drugshandel

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Gelderland > Nieuws > Militairen vrijgesproken van drugshandel
Arnhem, 26 mei 2025

De militaire kamer spreekt vier militairen vrij van het handelen dan wel in bezit hebben van drugs. Volgens de militaire kamer kan op basis van het dossier niet wettig en overtuigend bewezen worden dat de militairen zich aan deze verdenking schuldig hebben gemaakt. Wel veroordeelt de militaire kamer een 32-jarige militair voor het mishandelen van zijn toenmalige partner. Hij krijgt een geldboete van 750 euro.   

In de nacht van 30 september 2022 opende de toenmalige partner van de 32-jarige militair zijn telefoon. Zij trof foto's en video's aan van een naakte vrouw. Hierop maakte zij de militair wakker en confronteerde hem met de beelden op zijn telefoon. De twee kregen ruzie waarbij de militair het slachtoffer meerdere malen op het lichaam heeft gestompt en geslagen daarnaast heeft duwde hij het slachtoffer waardoor zij viel . Tijdens de rechtszaak verklaarde de militair dat hij heeft geduwd, maar dat het een lichte duw was en dat hij nooit opzet had op het toebrengen van pijn of letsel. Ook verklaarde hij dat hij nooit heeft  geslagen.

De militaire kamer veroordeelt verdachte – mede wegens de oudheid van het delict – tot een geldboete ter hoogte van 750 euro. Daarnaast moet verdachte een schadevergoeding van 644 euro betalen aan het slachtoffer. 

Drugsonderzoek

Naar aanleiding van de aanhouding van de militair voor de mishandeling stelde de politie een onderzoek in naar de inhoud van zijn telefoon. Uit de resultaten van dit onderzoek kwamen de 32-jarige militair en drie andere militairen in beeld in verband met het mogelijk verstrekken dan wel in het bezit hebben, van cocaïne, MDMA of amfetamine. Vervolgens startte de politie met een breder onderzoek.  

Uit dit onderzoek kwam naar voren dat de vier militairen meerdere gesprekken met elkaar en anderen voerden over druggerelateerde onderwerpen. Onder andere over het kopen en gebruik van verdovende middelen.

Te weinig bewijs

De militaire kamer oordeelt  – anders dan de officier van justitie - dat het enkele feit dat de militairen WhatsApp-gesprekken voerden die een druggerelateerde strekking hadden onvoldoende is om tot een bewezenverklaring te komen. Het dossier bevat onvoldoende concreet bewijs dat de militairen in de tenlastegelegde periode daadwerkelijk cocaïne, MDMA of amfetamine hebben verstrekt dan wel in bezit hebben gehad.

De militaire kamer spreekt daarom alle vier de militairen vrij van deze drugsfeiten.

Uitspraken