De vader wist vanaf toen niet waar zijn dochter verbleef en deed aangifte. Pas na 14 maanden lukte het de politie om moeder en dochter op te sporen. Op dat moment ontdekten de Franse autoriteiten dat het meisje op een basisschool in een klein dorp in Frankrijk stond ingeschreven. De vrouw werd hierop aangehouden en overgebracht naar Nederland. De vader haalde het meisje op. 

De ouders van het meisje waren na de scheiding lange tijd met elkaar in conflict over de verdeling van de opvoeding van hun dochter. In eerdere beslissingen van de rechtbank was een omgangsregeling met de vader bepaald. Beide ouders hadden het gezag over het meisje. Inmiddels heeft de vrouw geen gezag meer over het meisje.

De rechtbank legt de vrouw een voorwaardelijke gevangenisstraf van 12 maanden op en verder krijgt zij 3 jaar lang reclasseringstoezicht. Daarmee moet worden voorkomen dat de vrouw nogmaals haar dochter meeneemt naar een voor anderen onbekende bestemming. Verder moet de vrouw een werkstraf van 180 uur verrichten.