Op 26 februari 2020 stichtte de man brand in een loods die hij huurde door meerdere keren een brandbare vloeistof voor de enige ingang van de loods te gooien en de vloeistof aan te steken. Terwijl de man dit deed was er in de loods een ontruimingsploeg en gerechtsdeurwaarder aan het werk. Dankzij adequaat optreden van de ontruimingsploeg is voorkomen dat de brand zich kon uitbreiden.

De man maakte zich volgens de rechtbank verder schuldig aan een poging zware mishandeling door brandbare vloeistof over de deurwaarder te gooien en met een aansteker achter hem aan te rennen en de deurwaarder vast te pakken.

De rechtbank volgt de eis van het Openbaar Ministerie. Volgens de rechtbank heeft de man met de brandstichting voor een levensgevaarlijke situatie gezorgd. De poging zware mishandeling zorgde voor een zeer angstige situatie en kon ernstige gevolgen voor het slachtoffer hebben. De rechtbank neemt het de man bijzonder kwalijk dat zijn acties waren gericht tegen de ontruimingsploeg en de deurwaarder, een openbaar ambtenaar met een ministerieplicht.

Tot slot moet de man een schadevergoeding van 23,79 euro aan de deurwaarder betalen.