De man kwam op 29 mei 2024 de slaapkamer van het slachtoffer binnen terwijl zij nog lag te slapen. Hij toonde haar een - niet van het echt te onderscheiden - neppistool en bedreigde haar. Ook drukte de man verschillende malen een kussen in haar gezicht, waardoor ze niet of nauwelijks kon ademen. Vervolgens randde hij het slachtoffer aan en verkrachtte hij haar.

De man maakte een zeer ernstige inbreuk op de lichamelijke en geestelijke integriteit van het slachtoffer. Hij doorkruiste haar normale en gezonde (seksuele) ontwikkeling. De impact was in dit geval extra groot nu de man de stiefvader van het slachtoffer was. Voor het slachtoffer was hij - tot die ochtend - ook daadwerkelijk een vaderfiguur met wie ze een goede band had. Ze dacht hem te kunnen vertrouwen. Het slachtoffer vreesde voor haar leven door het door de man toegepaste geweld en de geuite bedreigingen. Hij bekommerde zich tijdens zijn handelen geen moment om de schadelijke gevolgen van zijn gedrag voor het slachtoffer. Uit de slachtofferverklaring blijkt dat zij die dag als zeer ingrijpend heeft ervaren en dat zij hiervan nog steeds ernstige gevolgen ondervindt.

De advocaat verzocht de rechtbank om rekening te houden met het feit dat de man overmatig gebruik maakte van anabole-steroïden en testosteron. Volgens de advocaat verkeerde hij daardoor in zo'n bijzondere gemoedstoestand dat hij zijn verantwoordelijkheid tijdens het plegen van het delict niet ten volle kon dragen. De rechtbank gaat er echter vanuit dat de verkrachting en aanranding volledig aan de man kunnen worden toegerekend. Hij overschreed de voorgeschreven dosering willens en wetens ruimschoots. Bovendien verklaarde de man zich hier niet achter te willen verschuilen.

De rechtbank houdt verder rekening met de persoonlijke omstandigheden van de man. Zo heeft hij geen strafblad. Verder kwam hij vrijwel direct na zijn daad tot inkeer. De man gaf openheid van zaken en hij betuigde spijt. Alles overziend is volgens de rechtbank alleen een langdurige (deels) onvoorwaardelijke gevangenisstraf passend. Voor het voorwaardelijke strafdeel geldt een proeftijd van 3 jaar. Daaraan koppelt de rechtbank verschillende bijzondere voorwaarden, waaronder een meldplicht bij reclassering, een drugsverbod en een verplichte behandeling. Daarnaast legt de rechtbank een 5-jarig contact- en locatieverbod op aan verdachte ten opzichte van het slachtoffer. Deze straf is gelijk aan de eis van de officier van justitie.

Tot slot moet de man een schadevergoeding aan het slachtoffer betalen van 20 duizend euro.