Anouk kent het gerechtsgebouw aan de Martinetsingel alleen van de buitenkant. ‘En dan hebt u ook nog eens de pech dat er vanochtend een hele schoolklas achter u zit’, zegt politierechter Kleinrensink. ‘Maar zij mogen erbij zijn, zo zijn de regels.’ De keurslagersvrouw, die een vordering van 207 euro heeft ingediend, is er ook. ‘Kan het waar zijn dat u een beetje te veel spaarpunten op uw pasje had gezet?’, vraagt politierechter Kleinrensink. ‘Zeker niet’, antwoordt Anouk. Dan is natuurlijk de vraag: hoe kwamen die punten op haar pas? ‘Het kan zijn dat iemand anders ze op mijn pasje heeft gezet’, antwoordt Anouk. ‘Waarom zou iemand dat in godsnaam doen?’, vraagt de rechter. ‘Nou, om mij een hak te zetten. Ik heb mijn benen uit mijn lijf gelopen in het bedrijf. Ik had aangegeven dat ik wilde groeien in de slagerij, en misschien dat niet iedereen dat zag zitten. Het pasje zat niet achter slot en grendel.’ ‘Niets is onmogelijk, maar onwaarschijnlijk is het wel’, zegt de rechter. ‘Dat zijn uw woorden’, reageert Anouk. (Even over het pasjessysteem: met iedere euro die je bij de keurslager uitgeeft, koop je een spaarpunt van €0,05. Met 250 spaarpunten bijvoorbeeld heb je dan €12,50 betaald en zijn ze €16,50 waard.)