De man was verdachte in een grootschalig onderzoek waarbij eerder door de rechtbank meerdere personen zijn veroordeeld voor onder meer mensenhandel, witwassen en het deelnemen aan een criminele organisatie. Uit het dossier blijkt dat de man niet schuldig is aan deelname aan een criminele organisatie en mensenhandel. De officier van justitie eiste vrijspraak op deze punten voor de man. De rechtbank gaat hierin mee.

De rechtbank veroordeelt de man wel voor het samen met anderen plegen van schuldwitwassen. De man ondertekende een overeenkomst waarin stond dat hij geld uitleende.  Van een echte geldlening was echter geen sprake. Die overeenkomst was alleen bedoeld om crimineel geld mee wit te wassen.  

Door het handelen van de man kreeg het in de ‘onderwereld’ verdiende geld de schijn van legaliteit. Daarmee kon het geld in de ‘bovenwereld’ worden geïnvesteerd. De man heeft zo bijgedragen aan ondermijning van het financiële stelsel. Dat rekent de rechtbank de man aan.

De rechtbank legt de man geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf op. De man zat in een afhankelijke positie van degene die de valse overeenkomst misbruikten. De rechtbank houdt ook rekening met het tijdsverloop. Het strafbare feit is bijna 4 jaar geleden begaan. De man is tegelijk met de medeverdachten gedagvaard voor onder andere mensenhandel en het deelnemen aan een criminele organisatie. In 2017 al legde de rechtbank hoge straffen hiervoor op aan de medeverdachten. De man wordt van deze feiten vrijgesproken, maar de onzekerheid over zijn eigen zaak moet een zware last voor hem zijn geweest.