De 56- en 58-jarige man belden aan bij woningen van (hoog) bejaarde, vaak alleenstaande, personen. Daarbij deden ze zich meestal als politieagenten voor om in de woning te komen. Ze vroegen aan deze oudere slachtoffers waar hun geld en sieraden lagen en of ze wat misten. Ze ‘hielpen’ vervolgens mee met het controleren daarvan. Uiteindelijk ging het duo in veel gevallen juist met dit geld of de sieraden vandoor. De mannen gingen telkens door het hele land op zoek naar ouderen - die bij voorkeur extra kwetsbaar waren - waar wat te halen is.

De werkwijze van de mannen getuigt volgens de rechtbank van een vergaand gebrek aan respect en moreel besef. De mannen hebben ook in het geheel geen verantwoordelijkheid voor hun handelen genomen. De gevolgen voor de slachtoffers zijn ingrijpend geweest.

De 56-jarige man maakte zich schuldig aan 9 babbeltrucs, 11 pogingen waarbij uiteindelijk niets is gestolen en een oplichting. De 58-jarige man maakte zich schuldig aan 3 babbeltrucs minder. Wel kan volgens de rechtbank bijstandsfraude - door de inkomsten uit de babbeltrucs niet te melden bij de uitkeringsinstantie – bewezen worden. De andere 54-jarige man is betrokken geweest bij 1 babbeltruc, waarbij uiteindelijk niets is weggenomen. De slachtoffers waren tussen de 68 en 95 jaar oud.

De Arnhemmers zijn eerder veroordeeld voor soortgelijke zaken. Dat heeft ze er niet van weerhouden om opnieuw een aantal maanden van woning naar woning gegaan om geld te ‘verdienen’. De 54-jarige man heeft geen strafblad op het gebied van vermogensdelicten.

Omdat de mannen iedere keer bewust samen op pad zijn gegaan om ouderen te beroven, ziet de rechtbank aanleiding om vanuit het principe ‘samen uit samen thuis’ over te gaan tot oplegging van een gelijke straf. Zij vindt een gevangenisstraf voor 5 jaar met aftrek van het voorarrest passend. Deze straf is lager dan de door de officier van justitie geëiste straf maar in lijn met de straffen die in soortgelijke gevallen wordt opgelegd.

Voor wat betreft de 54-jarige man houdt de rechtbank er rekening mee dat zijn rol relatief gering is geweest en hij verder inmiddels ook zijn leven op de rit heeft. De rechtbank ziet wel aanleiding om naast een werkstraf een voorwaardelijke gevangenisstraf als stok achter de deur op te leggen.

De 2 mannen moeten samen aan meerdere slachtoffers schadevergoedingen van in totaal ruim 40 duizend euro betalen. Tot slot moeten zij het bedrag dat zij met de babbeltrucs hebben verdiend, ruim 30 en 27 duizend euro, terugbetalen aan de Staat.