Op 2 november 2019 vond er een schietpartij plaats bij de Anac in Nijmegen. Deze schietpartij ontstond na een mislukte drugsdeal tussen een 22-jarige man uit Den Haag en een 29-jarige man uit Nijmegen. De man uit Den Haag schoot hierbij de 29-jarige man in de auto – vanaf de achterbank naar de bijrijdersstoel – in zijn gezicht. Ook heeft hij de man op zijn lichaam beschoten. De Nijmegenaar liep hierdoor onder andere blijvend letsel en blijvende beperkingen op. De man uit Nijmegen stak op zijn beurt de 22-jarige man een aantal keer met een mes. De 22-jarige man liep hierdoor zwaar lichamelijk letsel op. 

De 22-jarige man uit Den Haag had daarnaast vals geld bij zich, waarmee hij de drugs wilde betalen. Hij heeft dit valse geld ook vervoerd. De schietpartij vond plaats op klaarlichte dag op een openbare parkeerplaats waarbij de man met zijn handelen geen enkele rekening hield met toevallige omstanders. Zo liep er op het moment van de schietpartij een vader met zijn 2,5-jarige zoontje over dezelfde parkeerplaats. De rechtbank rekent de 22-jarige man dit zwaar aan en veroordeelt hem tot een gevangenisstraf van 8 jaar. Hij moet ook aan de 29-jarige man een schadevergoeding betalen.

De 29-jarige man uit Nijmegen vervoerde voor de drugsdeal - samen met de 33-jarige vrouw - ongeveer 150 gram heroïne in de auto. In diezelfde auto lag ook een jammer, waarmee hij het mobiel telefoonverkeer en plaatsbepalingen door ontvangst van gps-signalen tijdelijk kon verstoren. Volgens de rechtbank is verder bewezen dat de Nijmegenaar de 22-jarige Hagenaar een aantal keer met een mes heeft gestoken waardoor zwaar lichamelijk letsel is ontstaan. 

De officier van justitie klaagde de man uit Nijmegen aan voor een poging toebrengen van zwaar lichamelijk letsel. Omdat in deze zaak geen sprake is van een poging – bewezen is immers dat het toegebrachte letsel ‘zwaar lichamelijk letsel’ is - spreekt de rechtbank de 29-jarige man vrij van dat feit. Om die reden hoeft hij ook geen schadevergoeding aan de 22-jarige man te betalen.
Ten overvloede merkt de rechtbank op dat als een poging tot zware mishandeling van de 22-jarige man bewezen had kunnen worden zij – net als de officier van justitie - van oordeel is dat de 29-jarige man dan met succes een beroep op noodweer had kunnen doen.

Voor de heroïne en de jammer legt de rechtbank een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 maanden op aan de 29-jarige man. Voor deze voorwaardelijke straf geldt een proeftijd van 2 jaar.

In de auto waar de schietpartij is begonnen zat ook de 33-jarige vrouw. Haar kan net als de 29-jarige man verweten worden dat zij samen met hem 150 gram heroïne heeft vervoerd. Zij krijgt voor haar aandeel een voorwaardelijke celstraf van 2 maanden. Omdat zij in de auto zat, had de schietpartij ook een enorme impact op haar. Nu zij civielrechtelijk gezien haar schadevergoeding onvoldoende heeft onderbouwd, kan de rechtbank deze niet aan haar toewijzen. De rechtbank verklaart haar dan ook niet-ontvankelijk in haar vordering.