Tijdens de regiezitting op 21 oktober 2025 boog de rechtbank zich over de verzoeken van de verdachten om hun voorlopige hechtenis op te heffen dan wel te schorsen.
Aan alle drie de verdachten wordt medeplegen van brandstichting ten laste gelegd. Bij dit verwijt gaat het erom dat ieder een eigen rol heeft en een wezenlijke bijdrage heeft geleverd. Alleen ergens bij zijn is niet genoeg voor medeplegen. De rechtbank beoordeelde per verdachte wat zijn eventuele rol is geweest.
Uit het dossier blijkt dat de verdachten in de bewuste nacht met zijn drieën in de Varkensstraat hebben gelopen. Enige tijd daarvoor én tot het moment dat rookontwikkeling te zien is op de beelden, zijn geen andere mensen meer te zien in de Varkensstraat.
Door de 58-jarige Arnhemmer wordt in de Varkensstraat gesproken over "in de fik steken"; hij bekent dat zelf ook. Vervolgens staan de verdachten samen enige tijd stil bij plek waar rolcontainers met karton zouden hebben gestaan. Volgens de politie is de brand hier ontstaan.
Op de vorige zitting van 19 augustus 2025 liep er nog een onderzoek naar de vraag wat er door wie gezegd werd toen de verdachten samen in de Varkensstraat waren. Dat onderzoek is nu afgerond. Voor de twee jongste verdachten geldt dat er geen woorden aan hen kunnen worden toegeschreven die wijzen op een actieve bijdrage. Ook zijn er in het dossier geen aanwijzingen dat zij handelingen hebben verricht die aan het ontstaan van de brand hebben bijgedragen.
Bij deze stand van zaken is de rechtbank van oordeel dat voor deze twee verdachten niet langer ernstige bezwaren bestaan voor wat hen is tenlastegelegd. Dat betekent dat hun voorlopige hechtenis per vandaag is opgeheven. Zij blijven wel verdachte in de zaak.