Laden...

Vrouw uit Zutphen veroordeeld voor ontucht met cliënt zorginstelling

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Gelderland > Nieuws > Vrouw uit Zutphen veroordeeld voor ontucht met cliënt zorginstelling
Zutphen, 25 januari 2023

De rechtbank veroordeelt een 28-jarige vrouw uit Zutphen tot een celstraf van 360 dagen, waarvan 358 dagen voorwaardelijk. Daarnaast moet ze de maximale taakstraf van 240 uur uitvoeren. De vrouw maakte zich schuldig aan ontucht met een cliënt van de jeugdzorginstelling waar zij werkte.

De vrouw werkte sinds oktober 2016 als pedagogisch medewerker bij deze jeugdzorginstelling. In oktober 2019 werd zij de co-mentor van het slachtoffer. Een jaar later kwam de vrouw ziek thuis te zitten. Via sociale media had zij contact met het slachtoffer en in oktober 2020 spraken zij met elkaar af. De vrouw haalde het slachtoffer op van het station en reed vervolgens met hem in de auto naar een afgelegen plek. In de auto spraken zij met elkaar, waarna seksuele handelingen plaatsvonden. Dergelijke afspraken in de auto vonden in totaal 3 keer plaats. Hierna vonden nog meerdere afspraken plaats in hotels, waarbij de vrouw en het slachtoffer telkens seksuele handelingen met elkaar verrichten. De vrouw boekte en betaalde de hotels.

Ontucht met deels minderjarige cliënt

Het slachtoffer was tijdens een deel van de periode waarbinnen de seksuele handelingen plaatsvonden minderjarig. De rechtbank oordeelt dat bewezen is dat de vrouw tijdens deze periode ontucht pleegde met de aan haar zorg toevertrouwde minderjarige. Verder vindt de rechtbank bewezen dat de vrouw - nadat het slachtoffer meerderjarig was geworden - ontucht pleegde met het slachtoffer dat zich op dat moment als cliënt aan haar zorg had toevertrouwd. De rechtbank is het niet met de advocaat van de vrouw eens dat de zorgrelatie geen invloed had op de seksuele handelingen. Deze zorgrelatie duurde volgens de rechtbank ook voort toen de vrouw ziek thuis kwam te zitten.

Afhankelijkheidsrelatie

De rechtbank oordeelt dat de vrouw misbruik maakte van de afhankelijkheidsrelatie die tussen haar en het slachtoffer bestond. Het slachtoffer was een kwetsbare, minderjarige jongen.  Hij vertrouwde de vrouw als de enige persoon met wie hij kon en wilde praten. De vrouw zorgde ervoor dat er een seksuele relatie ontstond. Zij had het slachtoffer bescherming moeten bieden, maar deed het tegenovergestelde. 

Persoonlijke omstandigheden

De rechtbank houdt er rekening mee dat de vrouw zelf ook kwetsbaar is en dat ze zelf psychologische hulp zocht. De vrouw ging het slachtoffer als een gelijke beschouwen en verloor daarbij de afhankelijkheidsrelatie tussen hen uit het oog. De vrouw ziet zelf in dat zij over een grens is gegaan en beseft dat er voor haar hoogstwaarschijnlijk geen toekomst is in de zorg, omdat zij vermoedelijk geen VOG meer krijgt

Strafbepaling

De officier van justitie eiste 18 maanden celstraf, waarvan 8 maanden voorwaardelijk. De rechtbank is zich ervan bewust dat in dit soort zaken normaal gesproken een forse gevangenisstraf wordt opgelegd.

De rechtbank oordeelt echter dat de vrouw niet langer de gevangenis in hoeft dan de tijd die zij doorbracht op het politiebureau. De vrouw is niet eerder in aanraking geweest met politie of justitie. Voor het voorwaardelijke strafdeel geldt een proeftijd van 3 jaar. Om de ernst van haar handelen tot uitdrukking te brengen, legt de rechtbank bij de deels voorwaardelijke gevangenisstraf een maximale taakstraf van 240 uur op.

Uitspraken