De man erkende dat hij zich grensoverschrijdend gedroeg. Volgens hem was de grens tussen het hulpverleners- en het vriendschappelijke contact vervaagd. De man ontkende de vrouw te hebben betast. De rechtbank gaat uit van de verklaringen van het slachtoffer. Zij ervoer de handelingen van de man niet als - uit de hand gelopen - vriendschap, maar als ongepast.
De rechtbank oordeelt dat de man de grenzen waaraan een behoorlijk hulpverlener zich moet houden heeft overschreden. Met alle gevolgen van dien. De rechtbank rekent het hem zwaar aan dat hij een glas wodka inschonk voor het slachtoffer en haar drugs heeft aanbood, terwijl hij wist dat het slachtoffer in behandeling is geweest voor verslavingsproblematiek.