De rechtbank weegt in het voordeel van de man mee dat hij tijdens het strafproces openheid van zaken gaf en oprecht berouw lijkt te hebben van het door hem gepleegde feit. Hij beseft dat hij als meerderjarige de grenzen had moeten bewaken in zijn omgang met het meisje. Ook weegt de rechtbank het gedrag van het meisje in de jaren na de ontucht mee. Onder bedreiging van het doen van aangifte benaderde en chanteerde het slachtoffer - en haar toenmalige vriend - de Zutphenaar ongeveer 2 jaar lang.