Ondanks de ontkenning van de man is de rechtbank ervan overtuigd dat hij degene is geweest die op 25 april 2017 op de Kokelestraat te Kerkrade op het slachtoffer heeft geschoten. De rechtbank leidt dit af uit de beelden van de diverse beveiligingscamera’s waarop de auto van de verdachte te zien is rond het tijdstip van het misdrijf, het DNA van de verdachte op een ter plaatse aangetroffen patroonhuls, het feit dat in de auto van de verdachte schotresten zijn aangetroffen en de verklaring van de verdachte dat hij zijn auto die dag niet uitgeleend heeft.

Uit het feit dat de verdachte enige tijd heeft rondgereden in en rond de Kokelestraat, de straat waar het slachtoffer woont, leidt de rechtbank af dat de verdachte op zoek is geweest naar het slachtoffer. In die tijd heeft hij de mogelijkheid gehad om na te denken over zijn voorgenomen daad en zal hij dat ook gedaan hebben. Redenen waarom dat niet zo zou zijn, zijn niet gebleken. De rechtbank acht daarom bewezen dat bij verdachte voorbedachte raad aanwezig was en dat dus sprake is van een poging moord.

Het slachtoffer werd door de kogel in zijn rug getroffen en heeft een dwarslaesie opgelopen. Hij is voor de rest van zijn leven verlamd. De verdachte moet een schadevergoeding van meer dan 135.000 euro aan het slachtoffer betalen.