De verdachte is in de avond van 27 mei 2017 samen met zijn vriendin naar de flat van het slachtoffer gegaan om daar cocaïne te gebruiken. Hij is daar naar toe gebracht door een hem bekende 42-jarige man, een drugsdealer. Deze 42-jarige man was ook enige tijd verdachte van het doden van het slachtoffer, waarmee hij bevriend was. Met z’n vieren hebben zij in het appartement van het slachtoffer cocaïne gebruikt.
Vast staat dat er een probleem over geld is ontstaan. Volgens de verdachte ging het om 15 euro.
Wat zich echter precies in de woning heeft afgespeeld, heeft de rechtbank niet vast kunnen stellen. Daarover hebben de verdachte, zijn vriendin en de 42-jarige te verschillend verklaard.
Op enig moment heeft de 42-jarige man de woning verlaten om geld te gaan pinnen. Op dat moment heeft de verdachte tegen zijn vriendin gezegd dat zij ook de woning moest verlaten. Dit deed zij.
In de woning is het vervolgens tot een confrontatie tussen de verdachte en het slachtoffer gekomen. De verdachte heeft bekend dat hij het slachtoffer toen keihard op zijn gezicht heeft geslagen.
Daarna heeft hij, zo heeft hij verklaard, toen hij zag dat het slachtoffer een mes vasthad, dit mes afgepakt van het slachtoffer. De rechtbank heeft echter niet kunnen vaststellen op welke wijze de verdachte in het bezit van het mes is gekomen. Vast staat wel dat de verdachte het mes in handen heeft gekregen en het slachtoffer 4 keer met dat mes heeft gestoken in diens bovenlichaam. Twee messteken werden het slachtoffer fataal. Hij heeft hooguit nog enkele minuten geleefd.
De verdachte heeft de woning verlaten in de wetenschap dat hij het slachtoffer levensgevaarlijk had verwond en is met zijn vriendin gevlucht.
Later is de 42-jarige man teruggekomen van het pinnen en trof het levenloze lichaam van zijn vriend aan in de woning. Hij heeft de woning weer verlaten, zonder de politie of hulpdiensten te bellen. Hij heeft ontkent een laptop uit de woning van het slachtoffer te hebben meegenomen.