Bij drie van de vijf agenten blijven te weinig of te lichte gedragingen over voor de disciplinaire straf van onvoorwaardelijk ontslag. Dit komt mede door het gebrek aan leiding en begeleiding bij het zogenaamde contextgedreven werken, een manier van werken die bij het team Horst was ingevoerd en waarbij de burger centraal werd gesteld. Dit gebrek aan leiding en begeleiding heeft de rechtbank meegewogen in het voordeel van deze drie agenten. In deze drie zaken moet de korpschef dus een nieuwe beslissing nemen. Het is aan de korpschef om te kiezen wat te doen: óf het strafontslag intrekken en daarover eerst advies van de Agfa vragen óf een lichtere straf opleggen.