Drugsproblematiek, meer specifiek de hennepkwekerijenproblematiek, is steeds pregnanter aanwezig in de Nederlandse samenleving. Deze legt niet alleen beslag op de rechterlijke macht die de vele drugszaken moet behandelen, maar ook op het politieapparaat. De politieagenten moeten, bij alweer een aangetroffen hennepkwekerij, hun ander belangrijk werk laten liggen. Dit is bijzonder ongewenst, in aanmerking genomen het gegeven dat Nederland met een hardnekkig tekort aan politieagenten kampt. Hoewel de hennepkwekerijenproblematiek een landelijke kwaal is, heeft de provincie Limburg daar veel meer last van. Uit het door de Politie gepubliceerde Nationaal overzicht drugslocaties 2023 blijkt dat de provincie Limburg sinds 2019 in de top drie prijkt wat betreft het aantal ontdekte hennepkwekerijen. In het jaar 2023 was deze provincie zelfs de bittere eer toegevallen om nummer één van Nederland te mogen zijn. Kortgezegd, de problematiek loopt, zoals het zo heet, de spuigaten uit.
En dan is, zo oordeelt de rechtbank, de vraag gerechtvaardigd of de LOVS oriëntatiepunten - die voor het hele land gelijk zijn - niet aan een kritische beschouwing dienen te worden onderworpen. Immers, staan de in die oriëntatiepunten opgenomen straffen wel in een redelijke verhouding tot de grootte en ernst van de problematiek, als in aanmerking wordt genomen dat in de provincie Limburg in het jaar 2023 ruim twee keer zo veel hennepkwekerijen zijn ontdekt als bijvoorbeeld in de provincie Oost-Brabant? De rechtbank beantwoordt deze vraag ontkennend. De landelijk aanbevolen straffen zijn niet afdoende gebleken om de problematiek in de provincie Limburg te doen afnemen. De almaar groeiende problematiek vraagt om hogere straffen dan in de voornoemde oriëntatiepunten zijn genoemd. Het voorgaande geldt met name voor verdachten die initiatiefnemers zijn van het strafbare gebeuren; degenen die de hennepkwekerij hebben opgezet, geëxploiteerd en daaraan grof geld hebben verdiend, zoals één van de verdachten in de onderhavige zaak.
Verdachten van dergelijke feiten moeten ervan worden doordrongen dat hetgeen zij gedaan hebben zeer ernstig is en dat het plegen van dit soort feiten niet gebagatelliseerd mag worden.