Laarbi A. reisde in 2014 en 2016 naar Syrië. Hij heeft daar namens Stichting Babycare luiers, babymelk en medicijnen voor heel jonge kinderen uitgedeeld. In 2014 gebeurde dat in een gebied waar IS heerste en in 2016 was hij in een gebied waar verschillende rebellengroeperingen vochten. Daarbij zat ook Jabhat al-Nusra, net als IS, een terroristische organisatie. Volgens de officier van justitie deelde Laarbi A. tijdens zijn reizen de hulpgoederen selectief uit aan kinderen of gezinnen van jihadisten. Daarnaast zou een bedrag van ruim 100.000 euro in 2 jaar tijd zijn besteed zijn aan hulpgoederen voor jihadisten. Stichting Babycare betaalde dit geld aan de Turkse organisatie Fukara Der. Die organisatie zou sympathiseren met jihadisten en de hulpgoederen selectief daar terecht laten komen. Dit selectief uitdelen van hulpgoederen beschouwt de officier van justitie als financieren van terrorisme. Het geld dat terroristengezinnen uitsparen doordat ze hulpgoederen krijgen, kunnen ze uitgeven aan terroristische gedragingen, zo is de redenatie van de officier.

De rechtbank vindt in het dossier echter geen bewijs voor het selectief uitdelen van hulpgoederen aan kinderen of gezinnen van IS of Jabhat al-Nusra. In het dossier zitten veel foto’s en video-opnames waaruit blijkt dat Laarbi A. tijdens zijn reizen de hulpgoederen juist in zijn algemeenheid aan vluchtelingen uitdeelde. Bovendien vindt de rechtbank dat het uitdelen van luiers en babymelk in een gebied, dat wordt gecontroleerd door IS of Jabhat al-Nusra, mogelijk moet zijn. Het moet gezien de aard van de uitgedeelde hulpgoederen worden beschouwd als humanitaire hulp en niet als het financieren van terrorisme; zelfs als het uitdelen deels selectief gebeurt. Voor wat betreft het bedrag van 100.000 euro vindt de rechtbank ook geen bewijs in het dossier dat het in de vorm van hulpgoederen bij terroristen of hun gezinnen terecht is gekomen.

De Al Houda Moskee heeft haar donaties verantwoord door middel van een zogenaamde 'meterlijst', 'giftenlijst' en '1750-lijst'. Deze lijsten zijn aangetroffen in Excelbestanden in de computer van de moskee en vormen de donateursadministratie van de moskee. Los van de lijsten in de computer, zijn er ook een meterlijst en een giftenlijst door Laarbi A. en Stefan Z. overgelegd tijdens een raadkamerzitting van 23 november 2017. Deze meterlijst en giftenlijst zijn vergeleken met de lijsten, die zijn opgenomen in de Excelbestanden in de computer van de moskee. Volgens de officier van justitie zijn de bedragen op de door de mannen ter zitting overgelegde lijsten kunstmatig verhoogd dan wel kunstmatig toegevoegd, met als doel om te verdoezelen dat een deel van het geld, waarmee het nieuwe pand van de moskee is gekocht, afkomstig was uit het Midden-Oosten.

De beschuldiging van de officier luidt dat er valsheid in geschrift is gepleegd doordat de vervalste meterlijst en giftenlijst in de donateursadministratie zijn opgenomen. Daar wringt nu de schoen. Hoewel de ter zitting overgelegde lijsten mogelijk vervalst zijn, staan ze niet in de Excelbestanden in de computer van de moskee, die de donateursadministratie vormen. Ze zijn dus niet opgenomen in de donateursadministratie. Nu precies dat de beschuldiging was, spreekt de rechtbank Laarbi A. en Stefan Z. vrij van valsheid in geschrift.