In de nacht van 2 op 3 november 2019 vraagt de medeverdachte aan de verdachte om mee te gaan naar een woning. De medeverdachte wil iemand laten schrikken die op Facebook klaagde over overlast door (illegaal) vuurwerk. De mannen nemen een pakket met explosieven mee, die de verdachte aansteekt, door de brievenbus van een woning duwt en die vervolgens op de deurmat ontploft. De explosie richt enorme schade aan in en aan de woning. De bewoners, een gezin van twee volwassenen en twee kinderen, liggen op dat moment boven te slapen. De verdachte slaat vervolgens samen met de medeverdachte op de vlucht.

Uit het bewijs blijkt dat de verdachte en medeverdachte die nacht een vooropgezet plan hebben uitgevoerd. Zij zijn doelbewust naar de woning gereden, waar verdachte vervolgens het pakket heeft aangestoken en naar binnen heeft gegooid. Hij heeft voldoende tijd gehad om na te denken over zijn handelen en de eventuele gevolgen daarvan. Daarbij heeft de verdachte lange tijd geen verantwoordelijkheid willen nemen voor zijn daden, terwijl de politie naar hem op zoek was.

De ontploffing heeft grote gevolgen voor het gezin. Zij konden door de schade een aantal maanden niet meer thuis wonen en ervaren psychische problemen door wat er die nacht is gebeurd. De rechtbank rekent het de verdachte zwaar aan dat hij de veiligheid van de familie in hun eigen huis in gevaar heeft gebracht. De verdachte liep ten tijde van het feit nog in een proeftijd van een eerdere veroordeling tot brandstichting. Door weer in de fout te gaan laat de verdachte volgens de rechtbank zien niet te hebben geleerd van zijn eerdere daden. Ook wilde de verdachte niet meewerken aan psychologisch onderzoek. Dit alles maakt dat de rechtbank een volledig onvoorwaardelijke gevangenisstraf op zijn plaats vindt, in tegenstelling op de geëiste deels voorwaardelijke gevangenisstraf. De rechtbank veroordeelt de verdachte daarom tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 4 jaar. Daarnaast moet de verdachte een schadevergoeding betalen aan de bewoners.

De rechtszaak tegen de medeverdachte gaat verder op 23 december om 9:30 bij de rechtbank in Lelystad.