In oktober 2019 worden meerdere hoogbejaarden het slachtoffer van diefstal van hun pinpas en pincode. Twee personen bellen bij de slachtoffers aan en doen zich voor als verplegers. Zij zeggen dat ze bloed komen afnemen. Daarna moeten de slachtoffers 1 euro betalen door hun pinpas op een groot scherm te leggen en de pincode in te voeren. Op dat moment wordt de pincode ontfutseld. Wat de slachtoffers in eerste instantie niet door hebben is dat ze de pinpas niet meer terugkrijgen. Na de diefstal wordt met de gestolen passen geld opgenomen. Met de pinpas van één persoon is ruim 2500,- euro gepind. Het andere slachtoffer mist 3000,- van zijn rekening.

Bewakingscamera’s leggen de transacties bij de geldautomaten vast. Verschillende agenten herkennen de man op de beelden. Op de site van de politie wordt een bericht gepubliceerd met als titel: “Bloedprikbabbeltruc – Wie zijn deze nep verpleegkundigen?“ Een agent herkende vervolgens de verdachte op één van de gepubliceerde foto’s. Op zitting heeft de man gezegd dat hij de pinpas en de pincode van een ‘meisje’ heeft gekregen en dat hij niet wist dat deze van diefstal afkomstig was. De rechtbank gelooft dit verhaal niet. Dat de man betrokken was bij de diefstal van de pinpassen kan niet worden bewezen, wel staat vast dat het verdachte is geweest die met deze gestolen passen geld heeft opgenomen en dat hij wist dat deze van diefstal afkomstig waren. Er zijn daarnaast ook aanwijzingen dat de verdachte afstemming zocht met een ander die betrokken is bij de diefstal van de pinpassen. Dit duidt op een georganiseerd verband.

In beide gevallen heeft de man twee keer kort achter elkaar hoge geldbedragen opgenomen met de pinpassen van hoogbejaarde slachtoffers. Hij was uit op zoveel mogelijk financieel gewin. De rechtbank noemt het een ernstige vorm van diefstal. Bovendien is hij eerder veroordeeld voor vermogensdelicten. Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank onder andere gekeken naar straffen die in soortgelijke zaken worden opgelegd. Per diefstal is een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 2 maanden op z’n plaats. Naast de gevangenisstraf van 120 dagen moet de man ook een boete betalen. Deze boete is hem eerder voorwaardelijk opgelegd. Omdat hij zich nu opnieuw schuldig maakt aan een strafbaar feit wordt deze straf alsnog ten uitvoer gelegd.