Omdat edelherten beschermde diersoorten zijn is voor het terugbrengen van de populatie – afschot dus – een ontheffing nodig. In deze nieuwe procedure vindt de rechtbank ook dat de ontheffing verleend mocht worden omdat die eigenlijk om dezelfde redenen als de eerdere opdracht uit 2018 is verleend. De provincie mocht deze ontheffing op grond van de Wet natuurbescherming verlenen. De edelherten vallen onder de Wet natuurbescherming, omdat het wilde dieren zijn, en geen gehouden dieren zoals in de procedure is aangevoerd. Een te grote populatie edelherten is schadelijk voor de natuur. Dat geldt ook voor de Oostvaardersplassen, daar is de populatie te groot geworden voor het gebied waarin zij leven. Zo is er te weinig voedsel voor alle herten, waardoor er in de winter veel sterfte is. Daarnaast is er op dit moment geen goed alternatief voor het afschieten van de dieren. Het beperken van de groei door middel van anticonceptie is momenteel nog niet mogelijk. Ook heeft de provincie voldoende aangetoond dat het risico op inteelt bij een populatie van 500 herten niet aan de orde is. Tot slot heeft de provincie voorwaarden aan de ontheffing gekoppeld zodat het afschieten op een goede manier gebeurt.