Op 19 april 2022 rijdt de vrachtwagenchauffeur op de Rijksweg A27 in de richting van knooppunt Rijnsweerd. Hij rijdt op rijstrook 3 en verplaatst zich in een vloeiende beweging, zonder snelheid te verminderen, naar rijstrook 6. Op rijstrook 6 rijdt een jonge vrouw in een personenauto. De vrachtwagenchauffeur ziet de personenauto niet. Als hij in één beweging drie banen naar rechts opschuift, raakt hij de personenauto. De personenauto draait en belandt in tegengestelde richting op de meest linkerbaan. Daar ontstaat een botsing met een andere auto. De jonge vrouw in de personenauto loopt zware verwondingen op.­

De vrachtwagenchauffeur verleende bij het wisselen van de rijstroken geen voorrang aan de personenauto. De rechtbank acht niet onwaarschijnlijk dat de personenauto gedurende de hele rijstrookwisseling in de dode hoek van de vrachtwagenchauffeur gezeten. Op camerabeelden is te zien dat de snelweg op het moment van het ongeval rustig was. De vrachtwagenchauffeur is in één vloeiende beweging van rijstrook 3 naar rijstrook 6 gewisseld. Hij reed met cruisecontrol aan en minderde geen snelheid. Uit de verkeersongevallenanalyse wordt geconcludeerd dat de chauffeur per rijstrookwisseling ongeveer 5 seconden de tijd heeft genomen. Op zitting verklaarde hij dat hij de personenauto niet heeft gezien bij het wisselen van rijstrook 5 naar 6.

De officier van justitie ging uit van zogenoemd ‘aanmerkelijk onoplettend rijgedrag’ en eiste daarom een taakstraf van 160 uur en een rijontzegging van 1 jaar. Daar gaat de rechtbank niet in mee. Hoewel de chauffeur onvoldoende oplette, is het niet zo dat hij ook aanmerkelijk onoplettend of onvoorzichtig reed. De rechtbank vindt wel dat er juridisch gezien sprake is van gevaarzettend rijgedrag: het creëren van een verkeerssituatie waarin er een kans op gevaar bestaat. Hoewel de verdachte geen voorrang verleende aan het slachtoffer, is niet gebleken dat de chauffeur andere verkeersfouten of verwijtbare gedragingen heeft begaan voorafgaand aan het verkeersongeval. Er is daarom sprake van een lichtere mate van schuld. De man wordt veroordeeld tot een taakstraf van 80 uur en een voorwaardelijke rijontzegging van zes maanden met een proeftijd van twee jaar.