De modus operandi was in alle gevallen hetzelfde. Er was in alle gevallen sprake van een voorverkenning. Zo werd bij de kraken gebruik gemaakt van gehuurde bussen, scooters zonder kenteken en droegen de verdachten bivakmutsen, werkhandschoenen, donkere kleding en regenpakken om herkenning of het achterlaten van sporen te voorkomen. Ook werden verschillende telefoons gebruikt en werden medeverdachten aangespoord alle communicatie te wissen. De plofkraken werden in het holst van de nacht gepleegd. Nadat de krakers zich toegang hadden verschaft tot de supermarkt waar de geldautomaat stond werd die automaat vernield met een explosief. De verdachten gingen er op een scooter vandoor en hielden zich daarna enkele uren schuil in een gehuurde bus. De binnenkant van de bus was bekleed met noppenfolie zodat zij niet zichtbaar waren voor warmtecamera’s. In de ochtend werden zij dan opgehaald door een andere verdachte. Door de (pogingen) plofkraken is grote schade ontstaan en bovendien zorgen dit soort criminele activiteiten voor onrust in de samenleving en voor een gevoel van onveiligheid. De geraffineerdheid, maar ook de brutaliteit die bij het plegen van dit soort feiten komt kijken, rekent de rechtbank verdachten zeer aan.