De officier van justitie eiste een celstraf van 7 jaar en een geldboete van 40.000 euro tegen de 35-jarige man uit Woerden. De rechtbank veroordeelt hem tot 5,5 jaar cel. Dit komt met name door het feit dat volgens de rechtbank de periode waarin drugsproductie bewezen kan worden, veel korter is dan het OM stelt. De moeder van de man wordt veroordeeld tot 28 maanden cel waarvan 12 voorwaardelijk. Zij heeft haar woning en schuur ter beschikking gesteld en heeft van de drugsproductie af moeten weten. De rechtbank legt de neef van de man, met wie hij nauw samenwerkte, een celstraf op van 3,5 jaar. Vijf verdachten, onder wie de zus, worden veroordeeld tot celstraffen variërend van 1 tot 3 jaar; vier verdachten worden wegens gebrek aan bewijs vrijgesproken. In de zaak van één verdachte is het OM niet-ontvankelijk verklaard in de vervolging: de vrouw is overleden.