De rechtbank vindt het van groot belang dat de veiligheid voldoende is gewaarborgd als de man terugkeert in de maatschappij en kan de koerswijziging van beschermd wonen naar een FPK volgen. Er spelen op dit moment risicofactoren bij de man, zoals zijn persoonlijkheidsstoornis, impulsiviteit en de manier waarop hij zelf kijkt naar de strafbare feiten waarvoor hij is veroordeeld. De rechtbank vindt het ook in het belang van de man dat zijn re-integratie wordt gestart in een sterk gestructureerde en begeleidende omgeving waarbinnen vrijheden stapsgewijs en met voldoende toezicht en controle worden opgebouwd.
Wel ziet de rechtbank dat er bij de man de verwachting is gewekt dat hij naar beschermd wonen zou kunnen. Daarna werd pas duidelijk dat hij toch naar een FPK zou moeten gaan. De datum van de voorwaardelijke invrijheidstelling was ook al lang bekend, maar het is nu toch nodig geweest om uitstel hiervan te vragen. De rechtbank is het dan ook met de man eens dat het proces niet zorgvuldig is gegaan. Dat er nog geen plek is in een FPK, is wel voldoende reden om de voorwaardelijke invrijheidstelling met zes maanden uit te stellen.