De rechtbank stelt vast dat er een serieuze dreiging was en vindt de verklaring van de man dat hij meende dat er op hem werd geschoten aannemelijk. De rechtbank oordeelt dat er sprake is van noodweer en verklaart hem niet strafbaar voor het schieten. Hij heeft zich wel schuldig gemaakt aan wapenbezit. Enkele dagen na het incident werd de man voorgeleid bij de rechter-commissaris. Hij belandde in een cel met één van de vier mannen. Die heeft hij toen mishandeld. De rechtbank is het met de officier van justitie eens dat het niet passend is hij terug de gevangenis in moet en veroordeelt hem tot een gevangenisstraf van 200 dagen, waarvan 133 dagen voorwaardelijk.