Laden...

Vrijspraak voor gewapende overval postsorteercentrum De Bilt

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Midden-Nederland > Nieuws > Vrijspraak voor gewapende overval postsorteercentrum De Bilt
Utrecht, 12 februari 2020

De rechtbank Midden-Nederland heeft een 29-jarige man uit Vleuten vrijgesproken voor het medeplegen van een gewapende overval op een postsorteercentrum in de Bilt, ruim 3 jaar geleden. Volgens de rechtbank is er onvoldoende bewijs om de man te veroordelen.

Overval

Tijdens de gewapende overval op 16 november 2016 namen vijf mannen voor meer dan twee miljoen euro aan horloges, meer dan 100 identiteitsbewijzen en sieraden mee. De broer van de verdachte werkte ten tijde van de overval bij het postsorteercentrum. Hij is door de rechtbank Midden-Nederland eerder  veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3,5 jaar. Hij opende de roldeur van het pand en zette het toegangshek open. De rechtbank veroordeelde een andere man tot 5 jaar cel. Hij was één van de overvallers. Volgens het OM zijn er nog vier andere verdachten, maar zij zijn nog niet vervolgd.

Spin in het web

Volgens de officier van justitie was de verdachte de spin in het web van de overval. Zo zou hij de ontmoetingsplaats van de overvallers hebben geregeld en hen getipt hebben over de waardevolle spullen bij het postsorteercentrum. Daarnaast zou de verdachte het openen van de deuren van het postsorteercentrum telefonisch met zijn broer hebben afgestemd, haalde hij de mededaders op in Den Haag en stak hij volgens de officier de vluchtauto in brand.

Vrijspraak

De rechtbank vindt dat de verdachte moet worden vrijgesproken van het medeplegen van de overval. In tegenstelling tot de officier van justitie oordeelt de rechtbank dat niet bewezen kan worden dat de man de spin in het web was. Er is telefonisch contact geweest tussen de verdachte en zijn broer, maar het is niet bekend wat de inhoud van dat gesprek was. Het telefoontje is op zichzelf onvoldoende bewijs om te concluderen dat de verdachte de overval met zijn broer heeft afgestemd. Ook bevat het dossier onvoldoende bewijs dat hij de andere verdachten tipte over de waardevolle spullen, dat hij de andere voorbereidingen voor de overval trof en dat hij de vluchtauto in brand stak. De rechtbank spreekt hem daarom vrij. De officier van justitie had 5 jaar gevangenisstraf geëist.

Uitspraken