Laden...

Vrouw die partner wilde vermoorden veroordeeld tot 8 jaar cel

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Midden-Nederland > Nieuws > Vrouw die partner wilde vermoorden veroordeeld tot 8 jaar cel
Lelystad, 25 juli 2018

Een 53-jarige vrouw uit Almere is door de rechtbank Midden-Nederland veroordeeld tot 8 jaar gevangenisstraf voor poging moord op haar partner door brand te stichten in hun slaapkamer in Almere. Ook heeft ze zich schuldig gemaakt aan brandstichting in de woning en een poging tot zware mishandeling.

Rookmelders

In de nacht van 2 op 3 december vorig jaar heeft de vrouw een jerrycan met benzine leeggegoten in de slaapkamer waar haar partner lag te slapen. Daarna heeft ze de slaapkamerdeur dichtgetrokken en de benzine aangestoken. Eerder had de vrouw de deurklink aan de binnenkant van de slaapkamer al verwijderd, de ramen en balkondeuren afgesloten en de batterijen uit de rookmelders gehaald. De vrouw was erachter gekomen dat haar partner een affaire had met een andere vrouw en hun relatie dreigde stuk te lopen. De rechtbank oordeelt dat er sprake is van voorbedachte raad en dus van een poging tot moord.

Gasbrander

In de slaapkamer lag nog een sleutel van de balkondeur, op die manier kon de man aan de brand ontsnappen. Op een later moment heeft ze het shirt van haar partner overgoten met benzine en dit aangestoken. De man heeft tweedegraadsbrandwonden opgelopen en zal nog lang geconfronteerd worden met de gevolgen. Tot twee keer toe heeft hij moeten ervaren dat de vrouw met wie hij jaren samen was hem iets wilde aandoen.

Verminderd toerekeningsvatbaar

Uit onderzoekt blijkt dat de vrouw lijdt aan een ziekelijke stoornis in de vorm van PTSS en dat zij suïcidale gedachten had. Hierdoor is zij verminderd toerekeningsvatbaar. De vrouw heeft spijt betuigd en wil zich laten behandelen. Alleen een lange gevangenisstraf doet recht aan de aard en de ernst van de feiten. Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank gekeken naar straffen die doorgaans worden opgelegd voor moord. Omdat het in deze zaak bleef bij een poging en de vrouw verminderd toerekeningsvatbaar is, vindt de rechtbank een gevangenisstraf van 8 jaar passend. Daarin zijn ook de andere twee feiten meegenomen.

Uitspraken