Volgens de rechtbank is algemeen bekend dat via Schiphol grote contante geldbedragen afkomstig van misdrijf worden in- of uitgevoerd. De man heeft op een ongebruikelijke en risicovolle manier geprobeerd een groot contant geldbedrag uit te voeren, zonder daar melding van de maken bij de autoriteiten. Hierdoor ontstaat het vermoeden dat dit geld geen legale herkomst heeft. De rechtbank vindt dat de man met zijn verklaring geen concrete en controleerbare gegevens heeft verstrekt die dit vermoeden wegnemen. De eerste verklaring van de man, dat het gedeeltelijk om zwart geld ging, wijst juist in de richting dat het om illegaal geld gaat. Dit blijkt ook uit afgeluisterde gesprekken die de man in de gevangenis voerde met zijn zoon. Besproken wordt dat het geld van de verdachte is en dat mensen geregeld moeten worden die willen verklaren dat het van hen is. Ook hebben de man en zijn zoon het erover dat ze moeten bedenken hoe ze `schoon` geld kunnen krijgen. De rechtbank oordeelt dan ook dat voldoende zeker is dat het geld geen legale herkomst heeft. Het kan niet anders dan dat het van misdrijf afkomstig is en dat de man dit wist. De rechtbank acht daarom witwassen van 1.387.900 euro bewezen en het niet doen van aangifte van de uitvoer van dit geld.