De verdachte is niet vervolgd of veroordeeld voor het zelf vervaardigen van kinderpornografisch materiaal. Het Openbaar Ministerie had de man wel gedagvaard voor de verkrachting van de vader van het minderjarige meisje. Dit zou in een periode tussen 1991 en 1996 hebben plaatsgevonden, toen de vader zelf nog minderjarig was. De rechtbank heeft het openbaar ministerie hiervoor deels niet-ontvankelijk verklaard omdat het misdrijf verjaard is. Onder de vóór 2013 geldende wet verjaarde het aan de verdachte verweten misdrijf (verkrachting van een minderjarige tussen de 12 en 16 jaar oud) 12 jaar nadat een slachtoffer 18 jaar was geworden. Sinds de wetswijziging van 2013 is dit niet meer het geval. Maar misdrijven die toen al verjaard waren, kunnen niet meer vervolgd worden. Dat is in deze zaak het geval. De verdachte kon nog wel veroordeeld worden voor verkrachting, als vast zou staan dat het slachtoffer op dat moment jonger dan 12 jaar was. Het bewijs daarvan is niet geleverd, volgens de rechtbank.