De rechtbank rekent het de verdachte zwaar aan dat hij met zijn handelen gevoelens van angst en onveiligheid heeft veroorzaakt bij het slachtoffer en de overige medewerkers van het advocatenkantoor. Tegelijkertijd veroorzaakt het laten ontploffen van een shell- of mortierbom bij een advocatenkantoor in deze tijd grote maatschappelijke beroering en onrust.
Ook wordt de verdachte veroordeeld voor verboden wapenbezit. De verdachte heeft niet stilgestaan bij het gevaar en de gevolgen van zijn handelen. Des te meer kwalijk is het handelen van de verdachte, nu hij in het verleden is veroordeeld voor een geweldsdelict waarbij hij geschoten heeft met een vuurwapen en zich ten tijde van dit strafbare feit had onttrokken aan zijn detentie.
Met de psychiater, psycholoog en de reclassering is de rechtbank van oordeel dat de behandeling van de verdachte dringend noodzakelijk is met het oog op het terugdringen van de kans op herhaling die als matig tot hoog wordt ingeschat. De verdachte kampt met een ziekelijke stoornis van de geestvermogens en deze stoornis was ten tijde van de gepleegde delicten aanwezig. Daarom legt de rechtbank aan de verdachte de tbs-maatregel met voorwaarden op.
Daarnaast moet de verdachte een schadevergoeding betalen van bijna 5000 euro aan het advocatenkantoor en ruim 5000 aan het slachtoffer voor immateriële schade en proceskosten.