Tussen augustus 2020 en juli 2021 heeft een reeks van 6 nachtelijke woningovervallen en een overval op een tankstation plaatsgevonden. De meeste overvallen waren in de regio West-Friesland. Eén overval vond plaats in Gelderland. Bij de overvallen is veel geweld gebruikt. Bewoners zijn vastgebonden, geslagen en geschopt, aan de haren het bed uitgetrokken of met een heet strijkijzer bewerkt. De overvallers hebben met vuurwapens gedreigd en hebben meerdere keren op bewoners geschoten. Hierdoor raakten 2 bewoners zwaargewond en is een bewoner uit Berkhout overleden.

De politie zag overeenkomsten vanwege het extreme geweld, de gevolgde werkwijze en het vuurwapengebruik en heeft na onderzoek meerdere verdachten aangehouden voor betrokkenheid bij de overvallen. In maart 2024 heeft de rechtbank Noord-Holland tijdens 11 zittingsdagen de strafzaak tegen 6 verdachten behandeld.

De rechtbank vindt dat er wettig en overtuigend bewijs is voor betrokkenheid van de verdachten, in wisselende samenstelling, voor één of meer overvallen. Het bewijs volgt onder meer uit DNA-materiaal dat is gevonden op het gebruikte vuurwapen en op andere voorwerpen, uit locatiegegevens van telefoons en vluchtauto’s en uit chatberichten tussen de verdachten onderling. Het bewijs volgt ook uit belastende verklaringen van personen uit de directe omgeving van de verdachten en uit verklaringen van (mede)verdachten zelf. Verder zijn verdachten herkend op camerabeelden.

De rechtbank vindt dat in alle gevallen de betrokken verdachten zich schuldig hebben gemaakt aan (poging tot) diefstal met geweld. In de gevallen waarbij bewoners zijn beschoten en daardoor zwaargewond zijn geraakt of overleden, is bovendien sprake van (poging tot) doodslag, met de bedoeling om de diefstal te vergemakkelijken, de vlucht mogelijk te maken of zich te verzekeren van de buit. Tot slot is de rechtbank van oordeel dat 4 van de verdachten planmatig hebben samengewerkt in de voorbereiding en uitvoering van een groot deel van de overvallen, zodat in die gevallen ook sprake is van lidmaatschap van een criminele organisatie.

De verdachten hebben zich schuldig gemaakt aan zeer ernstige strafbare feiten. Bij de overvallen is buitensporig veel geweld gebruikt. De verdachten hebben veel leed toegebracht aan slachtoffers en nabestaanden. De verdachten verdienen hiervoor langdurige gevangisstraffen, waarbij de duur afhangt van de mate van betrokkenheid bij de overvallen.

De 4 verdachten die een criminele organisatie vormden en aan de meeste overvallen hebben meegedaan, krijgen respectievelijk (bijna) 30 jaar, 27 jaar, 25 jaar en 20 jaar gevangenisstraf. De hoogste straf is voor de verdachte die het dodelijk schot heeft gelost. Tegen hem had het openbaar ministerie levenslang geëist, maar dat vindt de rechtbank een te hoge straf omdat de verdachte er niet op uit was om iemand te doden en vanwege  zijn persoonlijke omstandigheden.

De andere 2 verdachten waren bij (slechts) één overval betrokken, en krijgen respectievelijk 6,5 jaar en 3 jaar plus 9 maanden.

De rechtbank heeft de verdachten tot slot veroordeeld tot het betalen van schadevergoeding aan de slachtoffers van de overvallen waar zij bij betrokken waren. Het gaat om vergoedingen van materiële en immateriële schade. Er is in totaal aan 11 slachtoffers een schadevergoeding toegekend. De schadevergoeding bedraagt opgeteld ruim 150.000 euro.