Aan zes van de verdachten zijn gevangenisstraffen opgelegd van 36 maanden. Deze straffen zijn lager dan de 66 maanden die door de officieren van justitie zijn geëist. De rechtbank vindt deze zaak en het daarbij uitgeoefende geweld zeer ernstig, maar minder extreem dan de zaken waarmee de officieren van justitie deze ontvoering hebben vergeleken bij hun eis. Aan twee andere verdachten is een gevangenisstraf van 24 maanden opgelegd, omdat zij een kleinere rol hadden bij de ontvoering.
Twee van de tien verdachten zijn vrijgesproken voor de ontvoering. Een van hen is wel veroordeeld voor poging tot afpersing en bedreiging van degene die de verdachten naar alle waarschijnlijkheid wilden ontvoeren. Hij krijgt hiervoor een straf opgelegd van 12 maanden. Tegen hem was voor de ontvoering en deze beide zaken 84 maanden gevangenisstraf geëist.
De verdachten moeten aan het slachtoffer ook een schadevergoeding betalen van bijna 10.000 euro.
De partner van het slachtoffer heeft eveneens om schadevergoeding gevraagd. Hoewel het voor de rechtbank overduidelijk is dat de ontvoering voor haar angstaanjagend is geweest en (psychische) gevolgen moet hebben gehad is dit verzoek toch afgewezen. Nu zij zelf niet direct slachtoffer was van de ontvoering, is het volgens de rechtbank niet mogelijk om schadevergoeding te vragen in het strafproces. Zij kan nog wel via de civiele rechter een schadevergoeding eisen.