Een bewindvoerder heeft een belangrijke taak, aangezien een bewindvoerder de belangen van een kwetsbare groep in de maatschappij moet waarborgen. Daarom worden hoge eisen aan een bewindvoerder gesteld. De kantonrechter twijfelt door de hele gang van zaken bij Kwaaitaal of zij haar werkzaamheden wel op de juiste wijze uitvoert. Door het uiten van onwaarheden en het niet melden van belangrijke wijzigingen, frustreert Kwaaitaal het toezicht door de kantonrechter.
De kantonrechter hoeft niet dagelijks in de gaten te houden of een bewindvoerder nog (voldoende) personeel heeft om de vereiste kwaliteit te kunnen leveren. Ook hoeft de rechter niet steeds te checken of het personeel dat staat geregistreerd als medewerker, daadwerkelijk aan het werk is voor een bewindvoerder. De bewindvoerder moet zelf een proactieve rol vervullen en moet bij problemen op eigen initiatief contact opnemen met de toezichthoudende kantonrechter. Dit alles maakt dat de kantonrechter beslist om Kwaaitaal in alle zaken te ontslaan.