Volgens de rechtbank heeft de verdachte een essentiële rol vervuld in de overval door een medeverdachte naar de kledingwinkel te brengen, hem het wapen te geven en hem te instrueren het wapen te gebruiken om het geld weg te nemen. Daarna is hij in de auto met draaiende motor blijven wachten en vertelde hij de medeverdachte wat te doen met het geld en het wapen. Een dergelijk misdrijf waarbij is gedreigd met een vuurwapen is ernstig en erg schadelijk. Uit de verklaring van een medewerker blijkt dat de gevoelens van angst en onzekerheid nog steeds aanwezig zijn.
De rechtbank legt hem een gevangenisstraf op waarvan een deel voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. Dit moet een stok achter de deur zijn dat hij niet nog een keer een strafbaar feit begaat. Daaraan zijn voorwaarden verbonden. Zo moet hij zich melden bij de Reclassering en zich laten behandelen door een zorgverlener. Aan de winkelmedewerker moet de verdachte een vergoeding betalen van 2.000 euro voor immateriële schade.
De zaak van de medeverdachte staat op een later moment gepland.