De verdachte heeft de reële kans voor lief genomen dat de agent met hoge snelheid met zijn hoofd tegen het asfalt zou slaan en daardoor zou overlijden, of dat hij zou worden overreden met dodelijke afloop. Naar het oordeel van de rechtbank is daarmee een poging tot doodslag bewezen.
Om uit handen van de politie te blijven heeft de man zich nietsontziend gedragen. Hij heeft daarbij geen rekening gehouden met de mogelijke (dodelijke) gevolgen voor het slachtoffer. Zelfs het meermaals hard schreeuwen en smeken van het slachtoffer om te stoppen bracht hem niet tot inkeer. Dat het slachtoffer er slechts relatief licht fysiek letsel aan heeft overgehouden is zeker niet te danken aan de handelwijze van de verdachte, maar aan het moedige en doortastende optreden van de politieagent.
De rechtbank legt de man 2 jaar gevangenisstraf op voor de poging tot doodslag en identiteitsfraude. Ook moet hij de agent 4.500 euro schadevergoeding betalen.