Naar het oordeel van de rechtbank kan niet worden volstaan met oplegging van een taakstraf in combinatie met een voorwaardelijke gevangenisstraf, zoals de verdediging bepleitte. Gezien de aard en de ernst van de feiten en omdat de verdachte eerder voor een grote snelheidsovertreding is veroordeeld, vindt de rechtbank tien maanden gevangenisstraf passend, waarvan drie maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. Daarnaast mag hij drie jaar geen motorrijtuigen besturen, met aftrek van de tijd dat het rijbewijs al was ingevorderd. Aan de ouders, broer en partner van het slachtoffer moet de verdachte in totaal ruim 143.000 euro schadevergoeding betalen, waarvan het grootste deel shock- en affectieschade is.