Naar het oordeel van de rechtbank heeft de aangeefster consistente verklaringen afgelegd, die worden ondersteund door verklaringen van haar moeder. De moeder vertelt wat ze de ochtend na het incident van haar dochter heeft gehoord en welk opvallend gedrag en welke emoties zij bij haar dochter zag direct nadat ze in de nacht van 10 oktober 2022 was thuisgekomen. Haar dochter was er op dat moment slecht aan toe, ze was in paniek, hyperventileerde en was trillend in een hoek van de kamer gaan zitten. Ook acht de rechtbank het na afloop gevoerde Whatsappgesprek van belang. In dit gesprek vroeg het slachtoffer aan de verdachte waarom hij doorging met de handelingen, terwijl zij aangaf dat ze het niet wilde. In het chatgesprek is te lezen dat de verdachte daarop zijn excuses aanbiedt en zegt dat het klopt wat zij hem vertelt.
Met zijn handelen heeft de verdachte een dwangsituatie gecreëerd, waar zijn slachtoffer niet aan kon ontsnappen. De verdachte had daarnaast een overwicht op het slachtoffer, gelet op het verschil in leeftijd tussen hen (hij was 50, zij 22). Ondanks dat het slachtoffer huilde en zei dat hij moest stoppen en hem probeerde weg te duwen, ging de verdachte door. Hij heeft daarmee de lichamelijke integriteit van het slachtoffer geschonden. Dit rekent de rechtbank de verdachte ernstig aan. Uit de verklaring van de moeder tijdens de zitting blijkt dat deze verkrachting grote psychische gevolgen voor het slachtoffer heeft gehad, en nog heeft. De rechtbank volgt de eis van de officier van justitie en legt de verdachte achttien maanden gevangenisstraf op, waarvan zes maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. Daarnaast moet hij haar ruim 8.000 euro schadevergoeding betalen.