‘Wat moet er gebeuren, vindt uzelf? U weet dat er forse straffen op mensensmokkel staan. Vindt u dat u een straf verdient?’, vraagt de politierechter. Noor antwoordt: ‘Ik had geen andere keuze. Ik verdien een straf, maar ik hoop dat u mij wilt vergeven.’ Officier van justitie Buijsman is geen voorstander van vergiffenis. Noor was er vast niet op uit om geld aan mensensmokkel te verdienen en ze had geen handlangers. Ze handelde ook vast als moeder, maar ze is wèl een mensensmokkelaar, vindt de officier. ‘Het is verdrietig als er geen hereniging van het gezin kan zijn, maar de uitkomst mag niet als gevolg hebben dat er illegaal een gezinslid naar Nederland wordt gehaald. Dat maakt die procedure zinloos.’ Noor heeft toch besloten haar zoon illegaal naar Nederland te halen en gebruikte daarvoor de papieren van haar andere zoon. Officier Buijsman: ‘Het Openbaar Ministerie neemt mensensmokkel hoog op en we vragen hiervoor in principe ook hoge onvoorwaardelijke gevangenisstraffen. Omdat het hier om een familieband gaat en er geen geld aan de smokkel is verdiend, is deze zaak wel wat anders. Toch vind ik het zo ernstig dat ik een gevangenisstraf van 5 maanden eis, waarvan 2 maanden voorwaardelijk.‘