De voorzieningenrechter wijst dat verzoek af. De staatsecretaris kon afgaan op een rapport van de politie en twee rapporten van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). Op grond daarvan kon hij aannemen dat er concrete aanwijzingen zijn dat de komst van Icke een bedreiging vormt voor de openbare orde.
De voorzieningenrechter oordeelt dat de staatssecretaris Icke niet ten onrechte beschouwt als een verspreider van complottheorieën. Zoals Icke in zijn bezwaarschrift vermeldt, is de kern van de boodschap die hij verspreidt dat de huidige politici en beleidsmakers systematisch misdrijven plegen door de rechtsstaat uit te hollen en een pandemie fingeerden om een agenda door te drukken en de bevolking te onderwerpen aan medische experimenten. Het is precies dit soort gedachtegoed waar de NCTV voor waarschuwt in zijn dreigingsanalyses. Zulke theorieën leiden volgens de NCTV tot dehumanisering van tegenstanders, extremisme en geweld en zo tot bedreiging van de openbare orde.
Het standpunt van Icke dat de staatssecretaris misbruik maakt van zijn bevoegdheid, volgt de voorzieningenrechter niet. De rechter twijfelt niet aan de rechtmatigheid van de toegangsontzegging. Er geldt een vrij verkeer van personen binnen de lidstaten van het Schengengebied. Het ontzeggen van de toegang tot het Schengengebied is de enige effectieve manier om de komst van Icke naar Nederland te voorkomen. Ook vindt hij het belang van Icke om vrij te kunnen reizen en met kerst familie in Nederland te kunnen bezoeken minder groot dan het belang van de bescherming van de openbare orde.
Deze uitspraak is gedaan door de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Haarlem.